Weer Netwerken
In ons dus landelijke huis gaat alles wat trager.
Daar hoort ook Het Internet bij. Dat nog vanuit het tijdperk is van toen men Technologische Evoluties nog met veel hoofdletters moest schrijven. Om duidelijk te maken dat het bijzonder, nieuw, en vooral ontegensprekelijk was.
Een klein beetje zoals God dus. Doch moest het kunnen zou God hier nog met een hoofd-hoofd-letter geschreven worden.
Nu goed, dat Internet hier ging al een tijdje traag. En hoewel ik wel hou van sporadische onderbrekingen werd het me na een tijdje toch te veel. Ik kan leven met de digitale trein der traagheid, maar wanneer die voor een paar dagen tot stilstand komt word ik toch gefrustreerd.
Ik hanteer een eenvoudige regel: wanneer mijn elektronische pakketjes trager aankomen dan als ik ze zou versturen met ons nationaal (Nationaal?) spoorwegstelsel begin ik “te reclameren”.
Dat reclameren gaat ondertussen al een goede twee jaren mee. Een situatieschets: Het Internet hier gaat dankzij de vroege (kuch) investeringen in het kabelnetwerk hier meestal heel vlot. Ik bedank vooral Het Verhaal van Vlaanderen maar vooral ook het logo van Telenet dat steeds vriendelijk naar me lacht.
En toch, op zeer sporadische momenten, en dan voornamelijk tijdens covid, begon het me op te vallen dat die hogesnelheidslijn volledig weg viel op de meest onkiese momenten.
Een vriende… euh… een dame aan de telefoon doet dan het volgende:
a) legt meteen af
b) laat je het fameuze bakje herstarten
c) spreekt geen Nederlands
d) beseft dat je een moeilijk geval bent en stuurt een technieker langs
Alle uitkomsten vind ik achteraf bekeken vrij heerlijk (lees: begrijpelijk). Ik heb een vermoeden dat (a) en (c) gerelateerd zijn. Niet omdat ze allemaal Fatimah heten (waar ik me perfect ik kan vinden, trouwens), maar vooral omdat de digitale snelweg blijkbaar nog steeds niet in staat is om “druk op toets #2 voor Neerlaaandais” te koppelen aan de juiste jobstudent. Ik zou eigenlijk ook stress hebben dan, Fatimah, en blijkbaar zijn we niet alleen. Je moest eens weten hoe ik zit te zweten alvorens ik durf te bellen. No harm done.
(b) stoort me eigenlijk meer. Mijn vader, (ook) een heel intelligent persoon doch met een gebrek aan EQ probeerde het – herinner ik me van toen ik jong was tijdens diens gelijkaardige helpdesk-calls – via de meest rationele weg: heel snel praten en uitleggen dat je (b) al meermaals had gedaan. Zelf de kabels had bekeken. En ook een Wireshark logfile hebt van de voorbije 9 dagen, inclusief een elke-2-seconden ICMP ping pakket naar de servers van “uw bedrijf”. Mijn vader is een lief man, maar ondertussen heb ik door dat je dan ook bij (a) uitkomt.
Gelukkig heb ik wel EQ, dus ik liet ze maar gebaren, doch met enige snert. Zo van zij zeggen “Weet u toevallig waar…” En dan ik: “Dat zwarte bakje staat, ik sta er voor!” En dan weer: “En daar zit zo een…” En dan weer ik: “Kabeltje in? Ga ik uit en insteken.” Zo een mix van dommigheid-en-we-spelen-het-spel-mee blijkt wel te werken. Zowel Fatimah als Sarah hoorde ik gniffelen. En ergens was er de wederzijdse overeenstemming dat we beiden wel wisten dat ze het script moesten aflezen en dat ik er om ter snelst moest door proberen gaan. Leuk spelletje, vind ik echt waar. En zo kom je bij (d) uit.
Maar dan die technieker. Ze maken er zich dan wel snel van af, Fatimah en Sarah bedoel ik: “U krijgt nog een bericht.” Dat bericht is dan in de vorm van: “Een technieker komt langs tussen 8u 1 augustus en 23u 25 december.” Sorry ik verzwijg wat waarheden. Er staat ook nog onder dat de technici altijd afstand zal houden en dat je een mondmasker moet aanhebben. Blijkbaar is de Pandemie nog een Feit. Mij goed.
Ik schrijf graag maar sporadisch, beste lezer. En dan vooral omdat ik moest ik een Gepubliceerd Auteur zijn veel meer werk zou steken in de volgende 22 pagina’s detailbeschrijving van die technici maar bij gebrek hieraan snel moe word en het dus ga samenvatten:
- Technicus nummero uno had geen mondmasker aan, was wel netjes op tijd, herstarte het bakje en alles werkte weer… Live reaction van mijn kant: hatelijk. Je weet hoe het werkt en hoe technologie is. Kortom: toevalstreffer. Maar je weet dat er niks aan te doen is. De knaap in kwestie (waarom zijn dat nooit vrouwen eigenlijk?) komt net van 3 hoogbejaarden wiens tv niet meer werkt. Fine.
Intermezzo: dat van die hoogbejaarden is geen sneer. Elke keer toen ik met Fatimah of Sarah aan het bellen was en een praatje deed met de Technicus zeiden ze zelf: “Ja we proberen snel te zijn. Internet is zo erg niet maar mensen willen wel VTM zien.” Gek ook hoe de helft van de technische checks op de decoder staan ondanks… Grrr ik ging het niet over hebben. Tip voor de hoog-EQ lezer: antwoord gewoon: “Ja ok, maar ik kijk eigenlijk nooit tv. Misschien moet ik dat eens uit mijn contract halen.”
Terug naar de hoofzaak:
- Technicus nummero duo was super nors en gefrustreerd. Misschien omdat ik er niet was maar mijn familie wel. En misschien omdat ik de enige ben die goed Nederlands spreek (en hij dus eens voelde hoe het was om verkeerd verbonden te worden). Maar ik denk vooral omdat hij de kelder (sorry: Kelder) in moest terwijl de Familie Frietjes aan het Eten Was. Ik neem het hem niet kwalijk. Hij heeft serieus zitten prutsen, daar aan die kabel. Ik dacht zelfs even dat hij een punt had, want ik had ook al gemerkt dat met wat geprutst (losvijzen en weer dicht draaien) het sporadische probleem opgelost was. Zelfs in die mate dat ik bovennatuurlijke elementen vermoedde.
En in zijn verdediging: het werkte voor heel lange tijd. Tot het weer niet werkte. Mijn digitale snelweg zat weer vast. Het regende. Ik zat thuis. Ik moest veel werken. En dus belde ik opnieuw met Sarah. Met mijn hoog EQ.
Maar vergis je niet. De telecom-operator heeft tijdens het tijdperk een nieuw defensiemechanisme bedacht tegen domme mensen. “Ga naar deze website – u zit op een smartphone? Die zal u vragen uw camera en micro aan te zetten…”
Daar hou ik van. Voor als uw niet mee bent: De Telecom Operator heeft een nieuw product van-een-derde-partij aangekocht dat een live stream doorstuurt via uw smartphone om te kijken… of de lichtjes op uw bakje wel aan staan. Ik neem het ze niet kwalijk. (Voor de aandachtige lezer: de smartphone zit op 4G – vandaar.) Daar hou ik van. Ik duw meteen op accepteren, verbaas me even dat ik geen app hoef te installeren (mooi!) en vraag mijn Vrouw en Kind om even te Roepen in de achtergrond. Als het kan ook even een glas op de grond gooien. Gewoon omdat ik hoop dat ze zo zouden horen in de achtergrond dat heel onze familiestructuur uit elkaar valt omdat we geen Internet hebben.
Ze speelden hun rol fantastisch. Geblijt en geroep in de achtergrond, terwijl ik – ik geef toe, handig met een glas wijn op, om mijn Millenial angst om te bellen te onderdrukken – mijn smartphone vanuit de meest ongemakkelijke hoek tegen het bakje hou en zeg: “Ziet ge. Alle bovenste lichtjes flikkeren maar da ene niet. En normaal wel.” Ik weet heus waarom. Maar de boodschap was begrepen. Ik zou tussen exact nu en een maand later om 23u een Technicus over de vloer krijgen. Fuck you!
Frustrerend. Want het moest sneller. Maar dat ging niet. Waarschijnlijk omdat ik al in het systeem zit als Repeat Caller. Geen probleem. Ondertussen via de 4G smartphone de concurrentie wat bekijken, tot… Het Internet na 5 dagen plots weer werkte…
En de technieker arriveerde, twee dagen later.
Nu, ik weet dat die arme mens niks te zien krijgt van alle eerdere conversaties. En ik weet dat die toch denkt: “Weer iemand die de pries heeft uitgetrokken.” Net zoals die eerste gast zal gedacht hebben. Ik neem het hem niet kwalijk. Ik ken alles van IT en zelfs ik kon niet zeggen aan wat het zou kunnen gelegen hebben. Even twijfelde ik om de IQ toer op te gaan (en mijn log files te tonen) – tot ik een moment van inzicht had.
Ik zet de mens aan tafel met een “tas koffie.” En leg uit dat het precies allemaal zo willekeurig is. “Het kan plots verdwijnen. En dan voor een paar uren of een paar dagen zoals laatst weg zijn. Als het er is werkt het heel goed [ja, ja, ik snap waarom].”
En dan mijn meest mooie zet ooit: “Het zal toch niet aan het weer liggen? ’t Is precies als het lang regent dat het niet werkt.”
En wat blijkt… Blijkbaar moeten de Technici eigenlijk in De Paal kruipen via een Houten Ladder, maar doen velen dat niet omdat dat veel tijd vergt, en er vooral veel regeltjes bij komen kijken (zoals een harnas aandoen). Godver!@# ik had al zo’n vermoeden. Maar ik neem het hem niet kwalijk. Het is een nieuwe Technicus en een nieuwe dag. Vooral niet wanneer hij zijn Houten Ladder zonder enige veiligheidsmaatregelen op begon te klimmen. Toen wist ik dat de koffie smaakte.
“En,” vroeg ik, “zag ge wat?” Klaar om naar de concurrentie te gaan maar half ook in afwachting op een volgende bezoek van een nog-hogere-priester.
“Ja, volledig verroest. Kabelstukske vervangen. Dat ziet ge hier vaker in het landelijke.”
Mijn nieuwsgierigheid kon het niet laten: “En die vorige kerel waarvan ik je net sprak. Had die dat dan niet eigenlijk moeten doen?”
“Ja, eigenlijk wel, maar ja we zijn allemaal onderaannemers eh meneer. Kende zijne naam nog?”
Sindsdien loopt alles gesmeerd. Voor de hele straat, vermoed ik trouwens. Moraal van het verhaal. Wees nooit te bang om zonder veiligheidsriem in een houten ladder te kruipen. Maar vooral: het ligt altijd aan het weer.